Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘david lodge’

 

Beste dagboek,

 

De boeken die ik las sinds 1 juli:

  • Will Self – The Book Of Dave ???
  • Siri Hustvedt – What I Loved ****1/2
  • A.F.Th. van der Heijden – Onder het plaveisel het moeras ****
  • D.X. Ferris – Slayer’s Reign In Blood  (33 1/3) ****
  • John Darnielle – Black Sabbath’s Master Of Reality (33 1/3)  ***
  • David Smay – Tom Waits’ Swordfishtrombones (33 1/3) ***1/2
  • Hayden Childs – Richard & Linda Thompson’s Shoot Out The Lights (33 1/3) ****
  • Bob Gendron – The Afghan Whigs’ Gentlemen (33 1/3) ***1/2
  • Lee Child – Killing Floor ****
  • Siri Hustvedt – A Plea For Eros ***1/2
  • Kinky Friedman – Meanwhile Back At The Ranch **1/2
  • Jonathan Coe – The Rotters’ Club ***1/2
  • David Lodge – Thinks… ***1/2
  • Haruki Murakami – Norwegian Wood ****
  • Ian Rankin – Exit Music ****
  • Hubert Selby Jr. – Last Exit To Brooklyn *****
  • Louis Sachar – Holes ****
  • Louis Sachar – Stanley Yelnats’ Survival Guide To Camp Green Lake ***
  • Kate Atkinson – One Good Turn ***1/2
  • Michael Morpurgo – Kensuke’s Kingdom ***
  • Willy Vlautin – The Motel Life ****
  • Bali Rai – The Crew ***
  • Lily Tuck – The News From Paraguay **
  • Nick McDonell – Twelve ***
  • José Saramago – Het verzuim van de dood ***1/2
  • Dimitri Verhulst – Godverdomse dagen op een godverdomse bol ***
  • Ben Elton – Inconceivable **1/2
  • Dimitri Verhulst – Problemski Hotel ***1/2

Het boek van Will Self was het eerst in lange tijd dat ik terzijde geschoven heb. Na twee weken had ik amper 150 pagina’s verwerkt. En ik doorblader die boeken nochtans, en ik lees die achter- en binneflappen nochtans. Last Exit To Brooklyn las ik voor de tweede keer. Verpletterend. Daardoor is What I Loved van Siri Hustvedt eigenlijk dé verrassing van deze zomer en een van de leeservaringen van het jaar. Een complex en ambitieus boek dat mikt op intellect én onderbuik en weinig onbesproken laat. Seksualiteit, filosofie, kunst, liefde, vriendschap,  verlies, dood, hoop en spanning in een boek dat moeiteloos de recente romans van meneer Hustvedt (P. Auster) overklast. Het boek van A.F.Th. van der Heijden, het laatst uitgebrachte van de Tandeloze Tijd-cyclus is uitstekend, maar wel minder dan de andere dikke kleppers (Vallende ouders, De Gevarendriehoek, Het Hof van Barmhartigheid, Advocaat van de hanen) uit de reeks. De boeken van Sachar, Morpurgo en Rai zijn jeugdboeken. The News From Paraguay van Lily Tuck is waarschijnlijk de grote tegenvaller uit het lijstje, een oppervlakkig samenraapsel van onsamenhangende scènes en bordkartonnen personages dat geen National Book Award verdiende. Bijzondere vermelding verdient The Motel Life, het romandebuut van Willy Vlautin van alt. country-band Richmond Fontaine, die ermee bewijst een rasschrijver te zijn. John Darnielle van The Mountain Goats is minder sterk in zijn boekje over Black Sabbaths Master Of Reality. De taaiste uit het lijstje is Het verzuim van de dood van Saramago, een boek dat zo’n honderd pagina’s lang het doorzettingsvermogen van de lezer op de proef stelt met ellenlange zinnen en alinea’s en een ontmoedigende bladspiegel, maar uiteindelijk wel zorgt voor een mooie beloning (waarvoor dank, S.). De prijs van de melancholie gaat naar Murakami, die van de ‘no nonsense’ naar Lee Child (merci voor de tip, B.!), die van ‘beste laatste deel in een reeks’ naar Rankins Exit Music.

 

Momenteel op het menu: In The Lake Of The Woods van Tim O’Brien. Easy, it ain’t.

 

Oxbow zorgde op 11 juli in de Récyclart voor een van de beste concerten die ik de voorbije jaren zag. Een frontale, overrompelende aanval op de zintuigen. Frontman Eugene Robinson, tevens journalist, vechtsportfanaat en schrijver, is even indrukwekkend en omvangrijk als angstaanjagend. Een unieke band die dat adjectief ten volle verdient. Harvey Milk, die met Life… The Best Game In Town voor een van de lawaaiplaten van het jaar zorgde, was ook niet mis. Net als Peter Brötzmann & Co. en het Globe Unity Orchestra vorige maand. Pelican was goed in de Muziekodroom, al had ik er (nog) meer van verwacht. (foto: © Hydra Head)

 

Ook nog wat films en series gezien: The Breed (*) is een flauw misbaksel van een horrorprent over dolle hondjes die zelfs niet gered kan worden door Michelle Rodriguez (ooit zo goed in die boksfilm waarvan ik de titel vergteen ben) — In Animal 2 (*1/2) zorgt de nochtans onderschatte Ving Rhames amper voor kijkgenot: moraliserende actiebrol — Bone Dry (**1/2), een kat-en-muis-spelletje in de woestijn, begint veelbelovend maar kan niet ontsnappen aan het pudding-effect. Wel een fijne twist aan het einde — Terminator 2: Judgement Day (***1/3) ziet er door de technologische hoogstandjes van de voorbije jaren al bijna hopeloos verouderd uit, maar het blijft prima entertainment — Breach (***1/2) is een sterke politieke thriller die volledig gedragen wordt door de vertolking van Chris Cooper — Harsh Times (***) is een rare: over-the-top, onvoorspelbaar en grillig, maar even intrigerend — Guy Pearce doet een Memento-meets-Fear X in First Snow (***1/2). Met succes — The Hoax (***1/2): degelijk, maar vooral, get this, met een goeie Richard Gere! Yep! — Tideland (**1/2) is vintage Terry Gilliam: zot, zotter, zotst, maar het bleef deze keer niet plakken — Het Duitse Requiem (****1/2) is pure klasse, met een geweldige hoofdrolspeelster en een akelige effectiviteit. Less is nog steeds more — 88 Minutes (*1/2) is bandwerk, met een Pacino op automatische piloot. Hoog tijd dat die knaap nog eens te zien valt in een film die écht de moeite is — Goldfinger (***), het moet zeker 20 jaar geleden zijn, is eigenlijk iets dat met haken en ogen en flauwe moppen aan elkaar hangt, maar het gebrek aan pretentie is aanstekelijk en Connery blijft de ultieme Bond — Fearless (**1/2) met Jet Li is verdacht hol maar bevat prima vechtscènes, spannend en strak in beeld gebracht — Poster Boy Ryan Gosling staat verdomd sterk te acteren in Half Nelson (***1/2)Die Hard 4.0 (***) is dikke onzin die de guitigheid van het eerste deel mist, al ligt het tempo zo hoog dat enkel arthouse-freaks daarover gaan mekkeren — Un Crime is een ietwat bevreemdende, kleine film met Harvey Keitel (goed, als altijd) en een bijna onherkenbare Emmanuelle Béart. Haar ogen spreken nog steeds, het lichaam is echter zo er verminkt dat je vermoedt dat het ook kan spreken — The Wire (*****) is een van de beste series aller tijden. Het vijfde seizoen is een waardig, meeslepend einde — CSI Season 5(***), Las Vegas welteverstaan, valt best te pruimen als je de verwachtingen een beetje bijstelt.

 

Intussen ook al anderhalve maand een andere functie op het werk. Het is nog wat aftasten, maar het komt wel goed. Denk ik.

 

De kleine heeft nog steeds Italiaanse espresso in plaats van bloed door haar aderen stromen, maar ze lijkt tenminste haar draai gevonden te hebben. Onwaarschijnlijk vermoeiend, maar ze is tenminste content, wat niet gezegd kan worden van mijn vriend de kleine belegger. Ik wens hem bij deze dan ook schonere vooruitzichten.

 

Er zit een lek in de dakgoot boven onze keuken.

 

Spannend, hé.

 

NP: Jonny Polonsky  – Hi My Name Is Jonny

Read Full Post »